Soms gaat mijn bloed koken. Soms, misschien zelfs te regelmatig, smaakt het schuim op mijn bier ranzig. Naar onverteerde kwaadheid. Dat is een teken dat er mij weer iets dwarszit en dan drenk ik graag de pen even in azijn. Of in met acetobacter geïnfecteerd bier als ik even binnen de terminologie blijf.
Gisteren zag ik namelijk een bericht voorbijkomen tijdens mijn dagelijkse downward scroll op gezichtsboek. Biergerelateerd dus het had al vlug mijn aandacht voor zich gewonnen. Op de pagina van Birrificio Italiano stond dit te lezen:
Op zich een onschuldige vraag; ‘Do they really look alike?’, lijken deze beelden op elkaar? maar er zit meer achter.
Birrificio Italiano is niet meteen een brouwerij die ik van nabij volg maar ik ken ze, heb er ook al eens wat van gedronken. Als één van de eerste, opgestart in 1994, van de nieuwe lichting Italiaanse brouwerijen en voortrekker van de Italiaanse artisanale beer scene hebben ze al redelijk wat faam vergaard. Een nieuwe reeks bieren waarmee ze bezig zijn, experimenten die rijpen op vat met expertise uit de wijnwereld, de daarbij horende invloed van bacteria, wilde gisten en meer, werd ondergebracht onder de naam BarBarrique. Met het beeldlogo wordt ongetwijfeld gezinnespeeld op het wilde van de Barbaren, behelmde barbaar met graanhalm tussen de tanden inbegrepen, en uiteraard op de houten vaten, in het Italiaans ook wel barrique genaamd. Dat was dan evenwel zonder rekening te houden met de lange tenen, opgepast voor die op knappen staande zweer, van een bekende Belgische familiebrouwer; Brasserie Lefebvre.
Brasserie Lefebvre die al sinds 1876 bieren brouwt brengt ook het bekende honingbier Barbar uit, menig Waals en Vlaams student heeft er zich ongetwijfeld al mee in een halve coma gezopen. Zoals zoveel van onze befaamde Belgische bieren zijn het echte ‘killers in disguise’. Het alcoholpercentage ligt hoog genoeg, 8%, om je al na enkele glazen naar dromenland te voeren maar wordt handig gemaskeerd door een honingzoete zachtheid. En u hoort hem ongetwijfeld al komen….De naam Barbarrique lijkt volgens Brasserie Lefebvre te sterk op hun Barbar merk. Nadat Birrificio Italiano onder druk van de familie Lefebvre eerder al afzag van de internationale registratie van de naam BarBarrique kreeg het later nogmaals het deksel op de neus omdat ook het beeldlogo niet naar de zin was van de Waalse brouwer. Nu kan ik merkbescherming wel begrijpen. Als een concurrent gaat lopen met de pluimen van je succes door middel van een klakkeloze kopie dan verdient deze een flinke tik van de roerstok op de vingers. In dit geval kan je, buiten het feit dat het om bier gaat, echter moeilijk spreken van een gelijkend product. Het logo toont geen gelijkenis en het feit dat in beide het woord barbar voorkomt zou geen reden mogen zijn voor deze stap van Lefebvre. De consument is heus wel slim genoeg om het onderscheid te maken tussen deze 2 beeldmerken.
Nu is Lefebvre hier evenwel niet aan zijn proefstuk toe. Eerder vielen ze onder meer firma Groenendael aan voor gelijkenissen met de naam. Deze kleine bierfirma die onder meer het bier Egotripel op de mark brengt heette voorheen Opus Magnum. ‘Lijkt teveel op Hopus‘ kregen ze bij Groenendael te horen. Te gek voor woorden maar ze bonden in, een duur proces vermijdend. Een initiatief genaamd Hoppas om onze streekbieren te promoten in combinatie met hapjes werd ook door Lefebvre in het vizier genomen. Ook andere grote brouwerijen laten zich niet onbetuigd en procederen liever dan dat ze de bieren voor zich laten spreken. Die grote Gentse brouwerij die grossiert in roze olifantjes heeft een kleine, startende Nederlandse brouwerij op de knieën gekregen en deze van naam doen veranderen. Nochtans om een pietluttigheid, een gelijkenis die er geen is, een absurditeit. 2 jaar investeringen en opbouwen van naam en faam voor niets. Eerder was diezelfde Nederlandse brouwer al in aanvaring gekomen met een Brugse, zot gemutste stadsbrouwerij. Ook om een gelijkenis in naam, Brugse zot tegenover Hopzot of zoiets…. Weer keek die kleine Nederlandse brouwer tegen een torenhoge advocatenrekening aan. Misschien had hij wel gelijk maar dan nog lagen de kosten voor hem te hoog om zijn gelijk te gaan halen. Het Turnhoutse Het Nest kreeg ook een dagvaarding in de bus van voornoemde Brugse brouwerij. Hun eerste bier dat ze uitbrachten gaven ze de naam Schuppenzot. Niet naar die zin van de Brugse brouwer want leek teveel op Brugse Zot. Het nest veranderde de naam noodgedwingen naar Schuppenboer. Het Belgische Bosteels spande bijna het koord om de nek van firma La Corne du bois des pendus. La Corne die een bier uitbracht waarvan het glas in een houten staander past kreeg een proces aangespannen omdat de houten staander leek op die van het Kwak bier. In de verre verste niet natuurlijk maar toch haalde Bosteels bijna slag thuis. Een massale steunactie voor La Corne kon hen redden. De lijst eindigt hier echter niet, ze gaat nog even door. Groot tegen klein, klein tegen klein, klein tegen groot,…. Dit op een niet zo flaterende manier voor sommigen van de crème de la crème van onze Belgische trots. De kleine bedrijven die geconfronteerd worden met zulke acties kunnen het zich uiteraard niet permiteren om een peperdure procedureslag aan te gaan en binden dan ook snel in naar de wens van hun belager. Begrijpelijk maar spijtig. Wie riskeert nu een proces waarvan de uitkomst niet zeker is.
Reden genoeg voor mij om de producten van Brasserie Lefebvre links te laten liggen. Niet dat ik deze veel dronk, enkel de Hopus en dan liefst nog de Primeur versie belandde al eens in mijn glas. Niet meteen het soort bieren waar ik van hou. Degelijke producten maar ook ietwat saai en getuige van een Belgisch brouwlandschap dat net als op een landschapsschilderij van Van Uden er prachtig uitziet maar ook vooral statisch is, niet meegaat in de huidige wereld en steeds een blik naar het verleden werpt. Spijtig……..
Misschien is het ook wel tekenend voor een deel van de klassieke bierwereld dat niet altijd lijkt te vatten waar het vandaag om gaat. De bierwereld vandaag draait meer om vrienschap, om het sociale aspect, om openheid ook. Getuige de vele colloboration brews die er gebeuren. Niet dat er niet verkocht moet worden en omzet moet gedraaid worden maar de tijdsgeest is toch anders. Dat bestuur je niet meer vanop een eilandje rond je brouwketel, zeker niet vanachter een bureau.
Beste familie Lefebvre, beste brouwer; hou je bij je roerstok. Concentreer je op waar je goed in bent, concentreer je op je bier. Laat die onnodige rechtszaken of dreigementen vallen. Ze leiden tot niets, zijn een smet op het blazoen. Zet je desnoods aan tafel met je concurrent, bespreek het en laat die bloeddorstige batterij advocaten maar in hun grafzerk liggen. Je brouwt bier, dat zou voor zichzelf moeten spreken, niet je duurbetaalde advocaten. Kom niet bekend te staan als de brouwer die procedeert maar als een brouwer die brouwt. Het is duidelijk dat Birrificio Italiano geen intentie heeft om markt te veroveren op de rug van een ander, ze werken aan hun eigen verhaal, willen geen voetnoot worden in dat van jullie. Als jullie je terug concentreren op wat jullie best doen zal ik misschien terug een Hopus drinken. Of niet….Eigenlijk drink ik beter een bier van Birrificio Italiano, zij verdienen immers mijn steun! En als jullie dan toch de arrogantie hebben om te denken dat jullie concurrenten bewust jullie naam gebruiken om wat van jullie faam op hen af te laten stralen zie het dan als een compliment, een bewijs dat jullie goed bezig zijn.
Cheers
Belgian Beer Geek
[…] Groot bier, klein karakter […]
LikeLike